Notities persoon | Met Christiaan van Solt - vernoemd naar zijn grootvader - komt de familie rond het midden van de 18e eeuw - na bijna 100 jaar - terug in Amsterdam en zal daar tot en met de 20e eeuw blijven. Geen militairen of grote kooplieden meer. Christiaan was knopenmaker. Na zijn huwelijk werd hij in 1759 ’poorter’ van Amsterdam. Een poorter is een burger die toegang heeft tot de privileges en voorrechten van de stad. In de poorterboeken onderscheidde men drie soorten poorters. Ten eerste de ingeboren poorters, dat wil zeggen de kinderen van poorters. Ten tweede de behuwde poorters: de mannen die van elders kwamen en met een poorterdochter trouwden. En ten derde de gekochte poorters: personen die van buiten de stad kwamen en het poorterschap moesten kopen. Men was daartoe vaak verplicht. Om lid van een gilde te kunnen worden, moest men namelijk poorter zijn. Slechts enkele ambachten stonden buiten gildenverband. Rond het midden van de zeventiende eeuw bedroegen de kosten van het poorterschap niet minder dan vijftig gulden. Aangezien velen dat bedrag niet konden opbrengen, werd in 1668 toegestaan dat men zonder poorter te zijn een ambacht mocht uitoefenen. Nadat de eed aan de stad was afgelegd en 28 stuivers waren betaald, werd een ingezetencedel [klein poortercedel] afgegeven Volgens het Poorterboek werd Chritsiaan als knopenmaker op 10 oktober 1759 op voordracht schoonvader Hermanus Nolte [sleper] poorter van Amsterdam. In het register van behuwde en ingeboren poorters staat: "Den 10 october 1759. Christiaan van Zolt, van Nimwegen, Knoopemaker, getrouwt Maria Nolte, Dogter van Hermanus Nolte, sleper". Zoals uit de ondertrouwakte van 1758 en de huwelijkstoestemming uit 1811 bleek, konden Christiaan noch Maria lezen of schrijven. Daarom is de familienaam van Solt geschreven zoals die uitgesproken – in Zuid-Nederlands accent? - door de betreffende klerk werd gehoord. Hier staat het als van Zolt, in de geboorteakten van zijn kinderen komen naast Solt, ook Selt, Zalt en Zolt voor. Schoonvader Hermanus Nolte was als sleper ook poorter en daarom werd Christiaan, getrouwd met een poorterdochter, ingeschreven in het alfabetische register onder de ’S’. Link naar Biografie en verder naar de daarin genoemde documenten. Van veel documenten is veelal een slechte kopie beschikbaar; voor zover mogelijk zijn deze elektronisch opgeschoond, waardoor de leesbaarheid wordt bevorderd, doch de kwaliteit niet verbeterd. | Notities geboorte | Doopgetuigen zijn Christianus Assevede en Wilhelmina Janssen. Doopregistratie niet te kopiëren. Tweeling met Anna. Vanwege de Calvinistische overheersing werd er gedoopt in de schuilkerk "casteel van Oranje aan de Joedengasch". Familienaam wordt in documenten ook geschreven als Selt, Zalt en Zolt. Voornaam ook Christian of Christiaen. | Notities overlijden | Bij zijn overlijden heeft Christiaan geen bezittingen of minderjarige kinderen nagelaten. Interessant is dat in de toen opgezette Burgerlijke Stand niet geregistreerd is dat Christiaan in Nijmegen is geboren, terwijl wel de ondertrouwakte bij de gemeente aanwezig is en dat hij in de overlijdensakte één jaar ouder wordt vermeld dan hij feitelijk is. |
|